Uw zoekopdracht Uw zoekopdracht

Een van der Toornhuis!

Hoe wij aan een huis kwamen.
Aan het Dignaland en het Norenburg staan tweeënzestig huizen die gebouwd werden in de beginperiode van Mariahoeve. Als een van de weinig overgebleven oorspronkelijke bewoners vertel ik hier graag het avontuurlijke verhaal van hoe wij ons een plek veroverden in dat project.
Het is 1959 en de naoorlogse woningnood is nog niet voorbij. Wij - mijn vrouw en ik en twee kleine kinderen - wonen in in ( ja, dus twee maal in!) een groot herenhuis in de stad. We hebben het souterrain met keuken en de daarboven gelegen verdieping, de zogenaamde bel-etage. Het huis is bepaald geen goede huisvesting voor een gezin met jonge kinderen. De kamers zijn vier meter hoog en de grote suite met serre meet twaalf meter. Die immens grote kamers moeten wij verwarmen met één potkachel. Vandaar dat we geschikter woonruimte zoeken, liefst een eigen koophuis. En we zijn in die tijd niet de enigen. De grond- en huizenmarkten zijn heel krap en je moet goede papieren hebben om aan een bouwvergunning te komen.



 
Alles maximaal
Dan horen we van een makelaar dat een beambte van de PTT bezig is met een bouwproject in de nieuwe wijk Mariahoeve. Na enig gezoek heb ik de man te pakken: Aad van der Toorn. Hij blijkt met een groepje om hem heen bezig te zijn en is al ver gevorderd met de bouwtekeningen en zo. Zij hebben tot doel het bouwen van eengezinshuizen met zoveel mogelijk ruimte binnen de grenzen van de bouwvoorschriften en met maximale bouwsubsidie. Alles dus maximaal. Dat betekent dat er binnen 598 m³ dertien slaapplaatsen moeten komen. Alleen (semi-)ambtenaren komen er voor in aanmerking, zulks om de financiering gemakkelijker te maken en de rente zo laag mogelijk te houden. De architect heet Prinsen en de aannemer is Assié en Van de Water. Ik word niet weggestuurd, hoewel ik maar een halve ambtenaar ben als beambte bij de Staatsmijnen.
Er zijn nog wat hindernissen te nemen voordat met de bouw begonnen kan worden. Een van de zaken die nog geregeld moeten worden is de financiering. Ik bied aan een gooi te doen om een hypotheek los te krijgen bij het pensioenfonds van de Staatsmijnen, waarbij ik werk. In een uitgebreid gesprek met Van der Toorn krijg ik daarvoor alle bijzonderheden. Ik besteed er een weekend aan om op mijn bejaarde, vooroorlogse Underwood-typemachine een rapport met de aanvraag op te stellen. Van der Toorn keurt het goed en ik ga ermee naar het pensioenfonds. Maar helaas, het past niet in hun plannen. Ik vrees niet meer in aanmerking te komen voor een van de huizen. Maar dan hoort Van der Toorn dat de Westland Utrecht Hypotheekbank, de WUH, niet ongenegen is erin te stappen. Hij legt hun mijn rapport voor. En ja hoor, het lukt. Zij financieren het hele project met een redelijke rente.


Welk huis wil jij?
Op een goede dag zit ik bij Van der Toorn op zijn flat in Morgenstond om nog wat te bespreken. Hij spreidt de plattegrond van het project uit op de vloer en zegt plotseling: "Welk huis wil jij hebben?" Ik weet zo gauw niet wat me overkomt,  maar verzamel mijn gevoelens en kies voor een hoekhuis aan het Norenburg. Het blijkt zijn eigen keus te zijn. Dat is een bewijs dat ik niet gek bezig ben. Na nog een paar wensen kom ik uit op het huis naast dat waar wij nu wonen. Thuis vindt mijn moeder, die toevallig bij ons logeert, dat de zon ten opzichte van het huis niet gunstig staat. Eén telefoontje en wij krijgen het huis waar we nu nog met veel plezier wonen.
Er volgen nog allerlei avonturen tijdens de bouw die uitstel meebrengen. Dat zorgt voor een paar maanden vertraging.

 Opening door Staatssecretaris Bezitsvorming Schmelzer

Het resultaat is dat zo'n zestig jonge gezinnen een prachtige eigen woning krijgen.
Het eerste huis, dat van Van der Toorn, wordt feestelijk geopend door de Staatssecretaris voor Bezitsvorming Schmelzer. Wij verhuizen op 29 september 1960, op de dag dat we vijf jaar getrouwd zijn, en vieren het 's avonds uitgeput bij Van der Valk.

Adriaan van der Linden

Reacties: Geen berichten
De reageermogelijkheid is momenteel gesloten.