Uw zoekopdracht Uw zoekopdracht

Op de zwarte lijst

Ik werkte een aantal jaren achtereen voor dezelfde rederij als monteur van scheepsdieselmotoren. Soms aan wal, soms op zee. Ik ging vier reizen mee. Eerst om de 'noord' voor makreel, daarna op de nieuwe haring. Over de besomming hadden we niet te klagen. De visserij floreerde. En het schip was modern met zijn 900 pk Bronsmotor en verschillende hulpmotoren.

Op donderdag 18 april 1963 was het onze trouwdag. We hadden toen de 'luxe' om op de zolder van mijn ouderlijk huis te kunnen wonen (de woningnood was op dat moment namelijk zeer groot). Onze trouwdag was reuze fijn. Terwijl we langs de haven reden met veel getoeter (de gewoonte in die tijd), zag ik een schip van 'onze' rederij aan de Visafslag afmeren. Op dat moment had ik nog geen idee wat me de komende dagen te wachten stond. De volgende dag was ik net bekomen van alles wat een bruiloft met zich meebrengt. Vroeg in de avond stond ineens de reder aan onze voordeur. Hij vertelde dat de machinist van het schip dat ik de andere dag in de haven had zien afmeren aan wal moest blijven. Hij had maagklachten. Ik moest er dus rekening mee houden dat ik maandagmorgen naar zee moest.

De mentaliteit was toen zo: niet tegen de draad ingaan, maar gehoorzaam zijn aan de reder. Zondagmorgen na de kerkdienst schoot de werkplaatschef, die in dezelfde kerk kerkte, me aan. Om me te vertellen dat ik niet maandag, maar al zondagnacht om 12 uur aan het werk moest. De scheepsmotoren van de schepen moesten gerepareerd worden zodat deze na 48 uur aan wal weer zee konden kiezen. Ik ging werken. 's Woensdags kwam ik pas weer voor het eerst thuis. Moe besloot ik een paar uur in mijn eigen bed te slapen. In de baas zijn tijd, maar 's middags was ik weer aan het werk.

Vrijdags, bij het ophalen van de loonzakjes in de werkplaats, bleken er vier uren op mijn loon ingehouden. De uren die ik 's woensdags thuis was gaan slapen. Dat vertelde de zoon van de reder me.
Boos ging ik verhaal halen op het kantoor van de reder. Ik kreeg te horen dat personeel dat niet voor honderd procent klaar stond voor de rederij ook niet werd betaald voor de uren die zij in hun bed lagen. Ik werd boos op de reder. Dat kwam me te staan op ontslag op staande voet en, nog erger, plaatsing op de zwarte lijst. De zwarte lijst hield namelijk in dat je niet meer voor een bepaalde rederij mocht werken of varen. Je kansen op werk binnen de visserij waren hiermee ook aanmerkelijk verkleind.
Zo ging het toen. Jaren later heb ik de bewuste reder nog gesproken. Het is hem vergeven.

Piet de Graaf
 

Reacties: Geen berichten
De reageermogelijkheid is momenteel gesloten.