Haagse Herinneringen

Nederland, het Sarnamihuis | Over het Sarnamihuis

 
Foto: Ingang Sarnamihuis

Anno 2007 wonen er in Nederland ongeveer 160.000 Hindustanen afkomstig uit de voormalige kolonie Suriname. Veel Hindustanen wonen in de regio Haaglanden. Rond tien procent van de Haagse samenleving (ong. 45.000 mensen) is op dit moment van Hindustaanse afkomst. Ondanks het relatief grote aandeel in de Haagse bevolking zijn Hindustanen in tegenstelling tot andere etnische groepen een vrij onzichtbare groep. De geschiedenis, taal en cultuur van de Hindustanen is onvoldoende in beeld gebracht en gepreserveerd. Ook was er tot voor kort geen plek waar mensen, zowel Hindustanen zelf (met name jongeren) als andere Hagenaars, terecht konden om informatie te krijgen over Hindustanen en hun geschiedenis en cultuur. Om de Hindustaanse gemeenschap meer zichtbaar te maken in de Haagse en Nederlandse samenleving is in 2004 het Sarnámi Instituut Nederland (SIN) opgericht. De belangrijkste projectrealisatie van het SIN is de opening in 2006 van een museaal- en informatiecentrum genaamd "het Sarnámihuis" aan de Brouwersgracht in Den Haag. Naar buiten toe wordt overigens de naam Stichting Sarnámi Instituut Nederland slechts in formele zin gebruikt en worden de activiteiten van het centrum bekend gesteld onder de naam Sarnámihuis. Het SIN wil de verschillende cultuuraspecten van de Hindustaanse migratie naar Suriname en Nederland onderzoeken, documenteren en visualiseren. Er wordt gestreefd naar het bieden van kennis en informatie voor een breed publiek: iedereen moet kunnen weten wie de Haagse Hindustaan is. Het SIN beseft dat voor wat betreft de positie van Hindustanen in Den Haag in heden en toekomst er ook dwarsverbanden te maken zijn met migratieontwikkelingen in Nederland en over de hele wereld. Deze grote verbanden zullen door SIN nauwlettend gevolgd worden omdat het grote migratiedebat de paraplu vormt voor het heden en toekomst van de Hindustaanse migranten in Nederland.

Het Sarnamihuis is opgezet volgens het concept van vijf domeinen:
museum, documentatiecentrum, onderzoek, educatie en voorlichting, en culturele evenementen.

Het museum bestaat uit een aantal tentoonstellingsruimten met museale presentaties. Verder is er een ruimte ingericht als een authentiek Hindustaans woonerf. Daarnaast zullen er wisselende tentoonstellingen worden georganiseerd.

Het documentatiecentrum is in opbouw en zal laagdrempelig zijn met veel data in de vorm van een bibliotheekcollectie, foto's en audiovisuele presentaties, waarbij het internet zal worden gebruikt voor een groot bereik.

Ten aanzien van het domein onderzoek stelt het Sarnamihuis zich ten doel op basis van een netwerkbenadering de bestaande schat aan archiefmateriaal te ontsluiten. Veel documentatie ligt verborgen in diverse archiefcentra zowel in Nederland als in Suriname en India. Dit alles is onvoldoende in kaart gebracht en onderzocht.

Het belang van educatie en voorlichting is evident. Jongeren zijn hierbij een belangrijke doelgroep. Daarnaast is de verwijzing in de Canon van de Nederlandse geschiedenis naar het Sarnamihuis als een infocentrum voor de Nederlandse koloniale geschiedenis een uitdaging richting het bredere publiek.

Culturele activiteiten zullen er toe dienen om het Sarnamihuis een levendige plek te maken voor debat, reflectie en kunstzinnige expressie. Hierbij dient gedacht te worden aan lezingen, literaire avonden en een jaarlijkse migratielezing.

Het SIN streeft naar een moderne identiteit. Uit deze moderniteit komt voort zowel een wens om het eigen Hindustaanse culturele erfgoed te behouden als wel het streven om onderdeel uit te maken van het grotere Haagse geheel.

Wat het eerste betreft mag gelden dat behoud van het eigen culturele erfgoed nog geen vanzelfsprekendheid is binnen de Hindustaanse gemeenschap. Wel groeit het besef, dat het voor de eigen identiteit van belang is om de culturele achtergrond te preserveren voordat het te laat is en veel attributen en kennis voorgoed verdwijnen. De Hindustaanse gemeenschap lijkt in eerste instantie een stevige identiteit te hebben, maar deze blijkt in bepaalde opzichten broos. Illustratief zijn de relatief hoge zelfmoordcijfers onder meisjes. Kennis van de eigen achtergrond is rudimentair. Van alle minderheidsgroeperingen in Nederland behoren de Hindustanen tot de groepen waarover het minst onderzoek is gedaan, het minst de historie is vastgelegd en in het algemeen het minst over bekend is. De gebrekkige kennis over de eigen sociale geschiedenis, met name de dynamiek in waarden en normen, leidt soms tot een statisch vasthouden aan een beperkt aantal dogma's, waarmee ook het mee-evolueren met de moderniteit in een veranderende Nederlandse samenleving wordt belemmerd. Een  laagdrempelig Sarnamihuis is belangrijk voor met name jongeren om meer te weten te komen over zichzelf door kennis van de cultuur waaruit ze voortkomen.

Hiermee kunnen ze zichzelf voorzien van een stevigere identiteitsbasis, maar ook van argumenten om binnen de gemeenschap dogma's aan de kaak te stellen. Voor ouderen zal het vastleggen van hun sociale geschiedenis een zekere respectabiliteit verlenen aan hun levenservaring.

Wat het tweede betreft vindt het SIN het belangrijk, dat de kennis over en weer tussen Hindustanen en overige Hagenaars wordt bevorderd. Daarom maakte het Sarnamihuis deel uit van Haagse manifestaties zoals Wereldreis door de Stad, Dag van de Haagse Geschiedenis en Cultureel Weekend Oude Centrum. Deze deelname verrijkte niet alleen het Haagse deelnemersveld voor wat betreft een Hindustaanse inbreng, maar gaf vanwege de ondervertegenwoordiging van andere etnische groepen ook de migrantenpopulatie in den brede een aangezicht. Aan de andere kant werd de Hindustaanse achterban gestimuleerd om kennis te maken met niet-Hindustaans Den Haag, zoals tijdens de Dag van de Haagse Geschiedenis.

Het Sarnamihuis versterkt de identiteit van Den Haag als multiculturele stad, waarin groepen (meer nog dan in Rotterdam en Amsterdam) bereid zijn om kennis van elkaar te nemen als opstap naar samen leven. Het Sarnamihuis is in de toelichting bij de Canon van de Haagse geschiedenis genoemd als informatiepunt.

Gezien de beperkte institutionele capaciteit hecht het SIN aan partnerschappen met andere Haagse instellingen. Het Museon heeft attributen zoals tentoonstellingskasten uitgeleend en omgekeerd heeft het Sarnamihuis enkele sieraden uitgeleend aan het Museon voor de tentoonstelling "Komen & Gaan" over migratie. City Mondial stuurt regelmatig groepen naar het Sarnamihuis. Met de vereniging Surinen zijn twee lezingen georganiseerd. Hoogleraar dr. Van Kempen heeft voor een college aan zijn studenten over de Hindustaanse literatuur het Sarnamihuis als plaats van bijeenkomst gebruikt. Theatergroep Surye heeft in het Sarnamihuis sketches uitgevoerd ter verbeelding van de Hindustaanse migratie. Met Kunstkring Bougainville werd samen de tentoonstelling over Rabindranath Tagore opgezet.

Vooralsnog is het Sarnamihuis een kleine nichespeler in de Haagse culturele en maatschappelijke wereld, maar neemt het een onmisbare plek in gezien het feit dat rond 10 procent van de Haagse bevolking Hindustaans is.

Het Sarnamihuis
April 2008